In onze vorige les hebben we u kennis laten maken met de Duitse cijfers van 0 tot 20. Nu is het tijd om uit te breiden naar "hogere" wiskunde - van 21 (einundzwanzig) tot 100 (Hundert). Als je de jaren twintig begrijpt, zijn de rest van de getallen tot 100 en hoger vergelijkbaar en gemakkelijk te leren. Je zult ook veel van de getallen gebruiken die je van nul hebt geleerd (nul) tot 20.
Denk voor de Duitse nummers boven de 20 aan het Engelse kinderliedje "Sing a Song of Sixpence" en de regel "vier en twintig merels" ("gebakken in een taart"). In het Duits zeg je één en twintig (einundzwanzig) in plaats van eenentwintig. Alle nummers boven de 20 werken op dezelfde manier: zweiundzwanzig (22),einundreißig (31), dreiundvierzig (43), etc. Hoe lang ze ook zijn, Duitse cijfers worden als één woord geschreven.
Voor bovenstaande nummers (ein)Hundert, het patroon herhaalt zich gewoon. Het nummer 125 ishundertfünfundzwanzig. Om 215 in het Duits te zeggen, zeg je eenvoudig zwei voor Hundert maken zweihundertfünfzehn. Driehonderd is dreihundert enzovoorts.
Om te vragen "hoeveel" je zegt wie viel. Om te vragen "hoeveel" je zegt wie viele. Een eenvoudig wiskundig probleem zou bijvoorbeeld zijn: Wie viel ist drei und vier? (Hoeveel is drie en vier?). Om te vragen "hoeveel auto's" zou je zeggen: Wie viele Autos?, als in Wie viele Autohoed Karl? (Hoeveel auto's heeft Karl?).
Nadat je de onderstaande nummergrafieken hebt doorgenomen, probeer je te kijken of je een getal boven de 20 in het Duits kunt opschrijven. Je zou zelfs eenvoudige wiskunde in het Duits kunnen proberen!
20 zwanzig | 70 siebzig |
30 dreißig | 80 achtzig |
40 vierzig | 90 neunzig |
50 Fünfzig | 100 Hundert * |
60 Sechzig | * of einhundert |
Opmerking: het nummer Sechzig (60) laat de s in sechs. Het nummer siebzig (70) laat de nl insieben. Het nummer dreißig (30) is de enige van de tientallen die niet eindigt -zig. (dreißig= Dreissig)
21 einundzwanzig | 26 sechsundzwanzig |
22 zweiundzwanzig | 27 siebenundzwanzig |
23 dreiundzwanzig | 28 achtundzwanzig |
24 vierundzwanzig | 29 neunundzwanzig |
25 fünfundzwanzig | 30 dreißig |
Opmerking: het nummer dreißig (30) is de enige van de tientallen die niet eindigt -zig.
31 einunddreißig | 36 sechsunddreißig |
32 zweiunddreißig | 37 siebenunddreißig |
33 dreiunddreißig | 38 achtunddreißig |
34 vierunddreißig | 39 neununddreißig |
35 fünfunddreißig | 40 vierzig |
41 einundvierzig | 86 sechsundachtzig |
42 zweiundvierzig | 87 siebenundachtzig |
53 dreiundfünfzig | 98 achtundneunzig |
64 vierundsechzig | 99 neunundneunzig |
75 fünfundsiebzig | 100 Hundert |