Een hulpwerkwoord, of helpen werkwoord, is een vervoegd werkwoord dat voor een ander werkwoord in samengestelde tijden wordt gebruikt om de stemming en de tijd van het werkwoord aan te geven.
In het Frans is het hulpwerkwoord ofwel avoir of être. Alle Franse werkwoorden worden geclassificeerd volgens welk hulpwerkwoord ze nemen en ze gebruiken hetzelfde hulpwerkwoord in alle samengestelde tijden. De meeste Franse werkwoorden gebruiken avoir, minder gebruik être. Het volgende is een lijst met werkwoorden (en hun afgeleiden) die vereisen être:
Dit zijn allemaal onverzoenlijke werkwoorden die een bepaald soort communiceren beweging. Je raakt na verloop van tijd wel gewend aan deze werkwoorden en op een dag zul je kunnen voelen of je ze moet gebruiken être of avoir zonder er zelfs maar aan te hoeven denken.
1. Naast het bovenstaande gebruiken alle voornaamwoordelijke werkwoorden être als het hulpwerkwoord:
Je me suis levé. > ik ben opgestaan.
Il s'est rasé. > Hij schoor zich.
2. Voor alle werkwoorden vervoegd met être, het voltooid deelwoord moet mee eens met het onderwerp in geslacht en nummer in alle samengestelde tijden (meer informatie):
Il est allé. > Hij ging. Elle est allée. > Ze ging.
Ils is niet alles. > Ze gingen. Elles sont allées. > Ze gingen.
3. Werkwoorden worden vervoegd met être omdat ze intransitief zijn (geen direct object hebben). Zes van deze werkwoorden kunnen echter transitief worden gebruikt (met een direct object), en wanneer dit gebeurt, hebben ze avoir nodig als hulpwerkwoord.
Er zijn bepaalde Franse werkwoorden die vereisen être als het hulpwerkwoord in de passé composé en andere samengestelde tijden, en studenten hebben het soms moeite ze te onthouden. Er zijn 14 veel voorkomende werkwoorden plus talloze afgeleiden die nemen être, en hun derivaten doen dat meestal ook. Bijvoorbeeld, entrer is een être werkwoord, net als zijn afgeleide rentrer. Over het algemeen duiden alle werkwoorden op een bepaald soort beweging, letterlijk of figuurlijk - les over être werkwoorden.
Een heel belangrijk ding om te onthouden is dat werkwoorden alleen worden gebruikt être wanneer ze intransitief zijn (geen direct object hebben):
Ik kan je beloven dat je uiteindelijk instinctief zult weten welke werkwoorden nemen être, maar in de tussentijd wilt u misschien een van deze mnemonic-apparaten proberen.
De Fransen onderwijzen être werkwoorden met een visuele: La Maison d'être. Teken een huis met een deur, trappen, ramen, enz. En label het vervolgens met de être werkwoorden. Zet bijvoorbeeld iemand op de trap naar boven ( monter) en nog een naar beneden gaan ( descendre).
Er zijn drie acroniemen die vaak worden gebruikt om te onthouden être werkwoorden. Vreemd genoeg bevat geen van hen passer, wat een is être werkwoord bij intransief gebruik.
Dit is misschien wel het meest populaire ezelsbruggetje voor être werkwoorden in de Verenigde Staten. Persoonlijk vind ik DR & MRS VANDERTRAMP overbodig omdat het een aantal derivaten bevat, maar als het voor u werkt, ga er dan voor.
Elke letter in ADVENT staat voor een van de werkwoorden en het tegenovergestelde, plus een extra werkwoord, voor een totaal van dertien.