Wat is het verschil tussen ontvlambaar en ontvlambaar?

Ontvlambaar en ontvlambaar zijn twee woorden die verwarring veroorzaken. Je kunt zeggen dat beide woorden betrekking hebben op vlammen, maar het is moeilijk om te weten of ze hetzelfde betekenen of tegengestelden zijn. De waarheid is, brandbaar en ontvlambaar gemeen precies hetzelfde: een stof brandt gemakkelijk of vat gemakkelijk vlam.

Dus, waarom zijn er twee verschillende woorden? Volgens Merriam-Webster's Dictionary of English Usage, in de jaren 1920, drong de National Fire Protection Association mensen aan om het woord "ontvlambaar" te gebruiken in plaats van "ontvlambaar" (wat het oorspronkelijke woord was) omdat ze zich zorgen maakten dat sommige mensen zouden denken ontvlambaar betekende niet-ontvlambaar of niet-ontvlambaar.

Eigenlijk is de in- in ontvlambaar was afgeleid van het Latijnse voorzetsel nl-, die dient als een versterker (zoals in vlammen en overspoeld), niet de betekenis van het Latijnse voorvoegsel un-, wat betekent "niet". Het is niet zoals iedereen de afleiding van het woord kende, dus de verandering was waarschijnlijk logisch. Er blijft echter verwarring bestaan ​​over welk woord te gebruiken.

Terwijl ontvlambaar is geprefereerde moderne term voor een materiaal dat gemakkelijk vlam vat, ontvlambaar heeft dezelfde betekenis. Het tegenovergestelde, een materiaal dat niet gemakkelijk brandt, is niet-ontvlambaar of niet-ontvlambaar.

Voorbeelden van brandbare materialen omvatten hout, kerosine en alcohol. Voorbeelden van niet-brandbare materialen zijn helium, glas en staal. Hoewel het je misschien verbaast, is zuurstof een ander voorbeeld van een niet-ontvlambare stof, die als oxidatiemiddel in plaats daarvan brandbaar is.