Definitie en doel van de manometer

Een manometer is een wetenschappelijk instrument dat wordt gebruikt om gasdrukken te meten. Open manometers meten de gasdruk ten opzichte van de atmosferische druk. Een kwik- of oliemanometer meet de gasdruk als de hoogte van een vloeistofkolom van kwik of olie die het gasmonster ondersteunt.

Hoe dit werkt, is een kolom van kwik (of olie) open aan het ene uiteinde van de atmosfeer en blootgesteld aan de druk te meten aan het andere uiteinde. Voor gebruik wordt de kolom gekalibreerd zodat markeringen om de hoogte aan te geven overeenkomen met bekende drukken. Als de atmosferische druk groter is dan de druk aan de andere kant van de vloeistof, duwt de luchtdruk de kolom naar de andere damp. Als de tegengestelde dampdruk groter is dan de atmosferische druk, wordt de kolom naar de open luchtzijde geduwd.

Gemeenschappelijke spelfouten: mannometer, manameter

Voorbeeld van een manometer

Het meest bekende voorbeeld van een manometer is waarschijnlijk een bloeddrukmeter, die wordt gebruikt om de bloeddruk te meten. Het apparaat bestaat uit een opblaasbare manchet die de onderliggende slagader instort en loslaat. Een kwik of mechanische (anaeroïde) manometer is bevestigd aan de manchet om een ​​verandering in druk te meten. Hoewel aneroïde bloeddrukmeters als veiliger worden beschouwd omdat ze geen giftig kwik gebruiken en minder duur zijn, zijn ze minder nauwkeurig en vereisen ze regelmatig kalibratiecontroles. Kwik-bloeddrukmeters geven veranderingen in bloeddruk weer door de hoogte van een kwikkolom te wijzigen. Een stethoscoop wordt gebruikt met de manometer voor auscultatie.

Andere apparaten voor drukmeting

Naast de manometer zijn er andere technieken om druk en vacuüm te meten. Deze omvatten de McLeod-meter, de Bourdon-meter en elektronische druksensoren.