Definitie en voorbeelden van dissociatiereacties

Een dissociatiereactie is een chemische reactie waarbij een verbinding uiteenvalt in twee of meer componenten.

De algemene formule voor een dissociatiereactie volgt de vorm:

  • AB → A + B

Dissociatiereacties zijn meestal omkeerbare chemische reacties. Een manier om een ​​dissociatiereactie te herkennen is wanneer er slechts één reactant is, maar meerdere producten.

Belangrijkste leerpunten

  • Wanneer u een vergelijking opmaakt, moet u de ionische lading opnemen als die er is. Dit is belangrijk. K (metallisch kalium) is bijvoorbeeld heel anders dan K + (kaliumion).
  • Neem geen water op als reagens wanneer verbindingen dissociëren in hun ionen terwijl ze in water oplossen. Hoewel er een paar uitzonderingen op deze regel zijn, moet u voor de meeste situaties gebruiken aq om een ​​waterige oplossing aan te geven.

Voorbeelden van dissociatiereacties

Wanneer u een dissociatiereactie schrijft waarin een verbinding in zijn samenstellende ionen breekt, plaatst u ladingen boven de ionensymbolen en brengt u de vergelijking in evenwicht voor zowel massa als lading. De reactie waarbij water in waterstof- en hydroxide-ionen breekt, is een dissociatiereactie. Wanneer een moleculaire verbinding dissociatie ondergaat in ionen, kan de reactie ook worden genoemdionisatie.

  • H2O → H+ + OH-

Wanneer zuren dissociatie ondergaan, produceren ze waterstofionen. Overweeg bijvoorbeeld de ionisatie van zoutzuur:

  • HCl → H+(aq) + Cl-(Aq)

Hoewel sommige moleculaire verbindingen zoals water en zuren elektrolytische oplossingen vormen, omvatten de meeste dissociatiereacties ionische verbindingen in water of waterige oplossingen. Wanneer ionische verbindingen dissociëren, breken watermoleculen het ionische kristal af. Dit gebeurt vanwege de aantrekkingskracht tussen de positieve en negatieve ionen in het kristal en de negatieve en positieve polariteit van water.

In een schriftelijke vergelijking ziet u meestal de materietoestand van de soort tussen haakjes volgens de chemische formule: s voor vaste stof, l voor vloeistof, g voor gas en aq voor waterige oplossing. Voorbeelden hiervan zijn:

  • NaCl (s) → Na+(aq) + Cl-(Aq)
    Fe2(ZO4)3(s) → 2Fe3+(aq) + 3SO42-(Aq)