De affixes (trofee en -trofee) verwijzen naar voeding, voedingsstof of het verkrijgen van voeding. Het is afgeleid van het Grieks Trophos, wat betekent iemand die voedt of wordt gevoed.
Allotroph (allo - troph): Organismen die hun energie halen uit voedsel verkregen uit hun respectieve omgevingen zijn allotrofen.
Autotroph (auto-troph): een organisme dat zichzelf voedt of in staat is om zijn eigen voedsel te produceren. Autotrophs omvatten planten, algen en sommige bacteriën. Autotrophs zijn producenten in voedselketens.
Auxotroph (auxo-troph): een stam van micro-organismen, zoals bacteriën, die is gemuteerd en die voedingsbehoeften heeft die verschillen van de ouderstam.
Biotroph (bio - troph): Biotrofen zijn parasieten. Ze doden hun gastheren niet omdat ze een langdurige infectie veroorzaken, omdat ze hun energie uit levende cellen halen.
Bradytroph (brady - troph): Deze term verwijst naar een organisme dat een zeer langzame groei ervaart zonder de aanwezigheid van een bepaalde stof.
Chemotroph (chemotrofee): een organisme dat voedingsstoffen verkrijgt door chemosynthese (oxidatie van anorganische materie als energiebron om organische materie te produceren). De meeste chemotrofen zijn bacteriën en archaea die in zeer zware omgevingen leven. Ze staan bekend als extremofielen en kunnen gedijen in extreem hete, zure, koude of zoute habitats.
Electrotroph (electro - troph): Electrotrophs zijn organismen die hun energie uit een elektrische bron kunnen halen.
Embryotrofe (embryotrofe): alle voeding geleverd aan embryo's van zoogdieren, zoals de voeding die van de moeder via de placenta komt.
Hemotroph (hemo-troph): voedingsstoffen geleverd aan embryo's van zoogdieren via de bloedtoevoer van de moeder.
Heterotroph (hetero-troph): een organisme, zoals een dier, dat afhankelijk is van organische stoffen voor voeding. Deze organismen zijn consumenten in voedselketens.
Histotroph (histo-troph): voedingsstoffen, geleverd aan zoogdierembryo's, afgeleid van ander moederlijk weefsel dan bloed.
Metatroph (meta-troph): een organisme dat complexe voedingsbronnen van koolstof en stikstof nodig heeft voor groei.
Necrotroph (necro - troph): In tegenstelling tot biotrofen zijn necrotrofen parasieten die hun gastheer doden en overleven op de dode overblijfselen.
Oligotroph (oligo - troph): Oligotrofen zijn organismen die kunnen leven op plaatsen met zeer weinig voedingsstoffen.
Fagotrofe (phago-troph): een organisme dat voedingsstoffen verkrijgt door fagocytose (organisch materiaal opslorpen en verteren).