Kenmerken van het downsyndroom - sterke punten en behoeften

Het syndroom van Down is vernoemd naar John Langdon Down, een Engelse arts die voor het eerst de set kenmerken heeft beschreven die al lang in verband worden gebracht met de genetische afwijking. De chromosomale aberratie is een extra volledige of gedeeltelijke kopie van het 21e chromosoom die een verandering in de ontwikkelingsboog van het organisme (kind) en dus de ontwikkelingsverschillen veroorzaakt. Er is geen duidelijke oorzaak voor de aanwezigheid van het downsyndroom dan de willekeurige aanwezigheid van deze mutatie. Er is een hogere incidentie van downsyndroom bij moeders naarmate hun leeftijd toeneemt, maar er is geen familiale of genetische component.

Fysieke eigenschappen

Korte gestalte:  Vaak kan een kind worden gediagnosticeerd op basis van de verhouding van lengte en breedte van de botten in de vinger. Volwassen mannen gemiddeld een lengte van vijf voet een centimeter en volwassen vrouwtjes gemiddeld vier voet acht centimeter. Het gestalteprobleem wordt ook weerspiegeld in moeite met evenwicht, korte, brede vingers en handen en later motor.  

Een platte neusrug: een afvlakking van het gezicht en de grote tong dragen vaak bij aan slaapapneu.  

Brede gespreide voeten: Studenten met het syndroom van Down hebben meestal een extra grote ruimte tussen hun grote en tweede tenen. Dit zorgt voor enkele uitdagingen voor coördinatie en mobiliteit.  

Neurologische eigenschappen

Intellectuele tekorten:  Kinderen met downsyndroom hebben milde (IQ of intelligentiequotiënt van 50 tot 70) of matige (IQ van 30 tot 50) intellectuele handicaps, hoewel enkelen ernstige intellectuele handicaps hebben met een IQ van 20 tot 35.  

Taal:  Kinderen met het syndroom van Down hebben vaak een sterkere receptieve (begrip, bevattings) taal dan expressieve taal. Voor een deel is het omdat de gezichtsverschillen (platte neusrug en een dikke tong, vaak bevestigd aan de onderkant van de mond en een eenvoudige operatie vereisen).  

Kinderen met het syndroom van Down zijn in staat om begrijpelijke taal te maken, maar hebben logopedische therapie en veel geduld nodig om articulatie onder de knie te krijgen. Hun fysieke verschillen zorgen voor articulatie-uitdagingen, maar kinderen met het syndroom van Down willen vaak behagen en zullen hard werken om een ​​duidelijk gesprek te creëren.

Sociale eigenschappen

In tegenstelling tot andere handicaps zoals autismespectrumstoornissen die problemen veroorzaken met sociale vaardigheden en gehechtheid, zijn kinderen met het syndroom van Down vaak enthousiast om andere mensen te betrekken en zijn ze zeer sociaal. Dit is een reden dat inclusie een waardevol onderdeel is van een kind met de educatieve carrière van het downsyndroom.

Studenten met het syndroom van Down zijn vaak erg aanhankelijk en kunnen baat hebben bij sociale training, waaronder het helpen van studenten om sociaal geschikte en ongepaste interacties te identificeren.

Motorische en gezondheidsuitdagingen

Zwakke grove motorische vaardigheden en de neiging van ouders om hun kinderen te isoleren, kunnen leiden tot gezondheidsproblemen op de lange termijn, waaronder obesitas en een gebrek aan aerobe en grove motorische vaardigheden. Studenten met het syndroom van Down zullen profiteren van lichamelijke opvoedingsprogramma's die aerobe activiteit stimuleren. 

Als kinderen met het syndroom van Down, zullen ze gezondheidsproblemen hebben die verband houden met hun fysieke verschil. Ze zijn vatbaar voor artritis vanwege de skeletspanningen die verband houden met hun korte gestalte en hun lage spiertonus. Ze krijgen vaak niet genoeg aerobe educatie en kunnen vaak lijden aan hartaandoeningen. 

Co-morbiditeit

Studenten met een functiebeperking hebben vaak meer dan één (primaire) uitschakelingsvoorwaarde. Wanneer dit gebeurt, wordt dit "comorbiditeit" genoemd. Hoewel een vorm van comorbiditeit gebruikelijk is bij alle handicaps, hebben sommige handicaps meer kans op comorbide paren. Met het syndroom van Down kan dit schizofrenie, depressie en obsessief-compulsieve stoornissen omvatten. Aandacht hebben voor de symptomen is essentieel voor het bieden van de beste vorm van educatieve ondersteuning.