Hoe koppeltekens en streepjes in het Frans te gebruiken

Koppeltekens en m-streepjes zijn belangrijk in zowel het Engels als het Frans, maar komen in het laatste geval veel vaker voor. In deze les wordt uitgelegd wanneer, waarom en hoe streepjes en m-streepjes in het Frans te gebruiken.

I. Trait d'union - Koppelteken

Geen ruimte voor of na

A. Rapport: Geef een verband aan tussen woorden of delen van woorden.

1. Samengestelde woorden

grand-mère, couvre-verlicht, quatre-vingts

2. Afgebroken
namen

Jean-Luc, Marie-Lise

3. gebiedende wijs + voornaamwoord

aide-moi, fais-le, allez-y

4. Inversie

veux-tu, pouvez-vous, a-t-il

5. Voorvoegsels

niet-fumeur, quasi-botsing
6. Stel uitdrukkingen in

c'est-à-dire, vis-à-vis

7. Achtervoegsels

celui-ci, cet homme-là

B. Césure: Koppel de delen van een woord dat aan het einde van een regel breekt, zoals Je veux aller à la bou-

tique.

II. Streepje - M-dash

Ruimte voor en na

EEN. Éléments d'une liste: - deux bananes
- une pomme
- un kilo de fraises
B. Incise: Benadruk een opmerking (opzij, tussenwerpsel, enz.) Quand j'étais à la banque - quelle horreur! - je l'ai vu.
Paul - mon meilleur ami - va arriver demain.
C. Dialoog: Geef elke sprekerswissel aan

- J'ai vu Michel aujourd'hui.

- Ah bon ?

- Oui, il était avec sa fille.