Franse tegenwoordige tijd

De Franse tegenwoordige tijd, genaamd le présent of le présent de l'indicatif, is vrij gelijkaardig in gebruik aan de Engelse tegenwoordige tijd. In het Frans wordt de tegenwoordige tijd gebruikt om het volgende uit te drukken:

I. Huidige acties en situaties

   Je suis fatigué.
   ik ben moe.
   Nous allons au marché.
   We gaan naar de markt.

II. Gewone acties

   Il va à l'école tous les jours.
   Hij gaat iedere dag naar school.
   Je visite des musées le samedi.
   Ik bezoek musea op zaterdag.

III. Absolute en algemene waarheden

   La terre est ronde.
   De aarde is rond.
   L'éducation est importante.
   Onderwijs is belangrijk.

IV. Acties die onmiddellijk zullen plaatsvinden

   J'arrive !
   Ik ben er zo!
   Il part tout de suite.
   Hij vertrekt meteen.

V. Voorwaarden, zoals in clausules

   Si je peux, j'irai avec toi.
   Als ik kan, ga ik met je mee.
   Si vous voulez.
   Als je dat wil.

Notitie: De tegenwoordige tijd wordt niet gebruikt na bepaalde constructies die wijzen op een actie die in de toekomst zal plaatsvinden, zoals après que (na) en aussitôt que (zodra). In plaats daarvan wordt de toekomst in het Frans gebruikt.

De tegenwoordige tijd in het Frans heeft drie verschillende Engelse equivalenten, omdat de Engelse helpende werkwoorden "zijn" en "doen" niet in het Frans zijn vertaald. Bijvoorbeeld, je mange kan het volgende betekenen:

  • ik eet.
  • ik ben aan het eten.
  • Ik eet wel.

Als je wilt benadrukken dat er nu iets gebeurt, kun je het vervoegde werkwoord gebruiken être + en train de + infinitief. Dus om te zeggen: "Ik ben aan het eten", zou je letterlijk zeggen: "Ik ben aan het eten": Je suis en train de manger.

Om te leren hoe je Franse werkwoorden vervoegt in de tegenwoordige tijd en vervolgens jezelf kunt testen, bekijk je deze gerelateerde lessen:

Regelmatige werkwoorden

  •  -ER werkwoorden
  • -IR werkwoorden
  •  -RE werkwoorden