French Love Vocabulary

Frans wordt vaak de taal van de liefde genoemd. Hier is een liefdesgerelateerd Frans vocabulaire. Om te weten hoe je "I love you" in het Frans kunt zeggen, is ingewikkelder dan wat het lijkt en niet precies weten wat je zegt, kan tot een enorme schaamte leiden, ik stel voor dat je mijn les over "How To Say I Love You in" bekijkt Frans".

French Love Vocabulary

  • L'amour: liefde
  • L'amitié: vriendschap
  • Mon amour: mijn liefde (kan worden gebruikt als een liefdevolle Franse term, voor een man of een vrouw)
  • Mon chéri, ma chérie: schat (let op het "i" -geluid aan het einde)
  • Je t'aime: Ik ben verliefd op je
  • Je l'aime: ik ben verliefd op hem / haar
  • Je suis amoureux / amoureuse de toi, lui, elle, vous ...: ik ben verliefd op jou, hem, haar, jij (formeel of ... meervoud!)
  • Tomber Amoureux / amoureuse: verliefd worden (niet tomber en amour die in het Canadees Frans wordt gebruikt maar niet in Frankrijk)
  • Est-ce que tu veux sortir avoir moi: wil je met me uit?
  • Est-ce que tu veux bien m'épouser: zou je met me trouwen? De bien hier betekent "ben je bereid met me te trouwen", maar het is wat we traditioneel zeggen.
  • Om te kussen: embrasser, s'embrasser. Niet "baiser" ... Het spijt me om vulgair te zijn, maar je moet je ervan bewust zijn dat "un baiser" prima is, het is een kus, maar "baiser" zoals een werkwoord tegenwoordig betekent voor f ... k.
  • Een kus: un baiser, un bisou
  • Les fiançailles: verloving
  • Se fiancer: verloven
  • Un verloofde, une verloofde: iemand met wie u verloofd bent. Maar soms zei iemand met wie je net aan het daten bent.
  • Le mariage: huwelijk, huwelijk (slechts één R in het Frans)
  • Se marier avec qq'un: om met iemand te trouwen
  • Épouser quelqu'un: met iemand trouwen
  • La lune de miel: Honeymoon
  • Un mari: een echtgenoot
  • Une femme: een vrouw
  • Un petit-ami: een vriendje
  • Une petite-amie: een vriendin