Wat is een Engelse grammaticale categorie?

Een grammaticale categorie is een klasse van eenheden (zoals zelfstandig naamwoord en werkwoord) of kenmerken (zoals getal en hoofdletter) die een gemeenschappelijke reeks kenmerken delen.

Ze zijn de bouwstenen van taal, waardoor we met elkaar kunnen communiceren. Er zijn geen harde en snelle regels voor wat deze gedeelde eigenschappen definieert, waardoor het voor taalkundigen moeilijk wordt om precies overeen te komen wat een grammaticale categorie is en wat niet.

Zoals de taalkundige en auteur R.L. Trask het uitdrukte, de termcategorie in de taalkunde

"is zo gevarieerd dat er geen algemene definitie mogelijk is; in de praktijk is een categorie gewoon elke klasse verwante grammaticale objecten die iemand wil overwegen."

Dat gezegd hebbende, er zijn enkele strategieën die je kunt gebruiken om woorden in categorieën te groeperen op basis van hoe ze in de Engelse taal functioneren. (Denk aan delen van meningsuiting.)

Grammaticale groepen identificeren

Een van de eenvoudigste manieren om grammaticale categorieën te maken, is door woorden te groeperen op basis van hun klasse. Klassen zijn woordsets die dezelfde formele eigenschappen vertonen, zoals verbuiging of werkwoordsvorm.

Anders gezegd, grammaticale categorieën kunnen worden gedefinieerd als sets van woorden met vergelijkbare betekenissen (semantiek genoemd).

Er zijn twee klassen van klassen:

  • lexicale
  • functioneel

De lexicale klasse omvat:

  • zelfstandige naamwoorden
  • werkwoorden
  • adjectieven
  • bijwoorden

De functionele klasse omvat:

  • determiners
  • deeltjes
  • voorzetsels
  • hulpwerkwoorden
  • qualifiers
  • vraagwoorden
  • voegwoorden
  • met andere woorden die positie of ruimtelijke relaties aanduiden

Met deze definitie kunt u grammaticale categorieën als volgt maken: 

  • werkwoorden duidt acties aan (gaan, vernietigen, kopen, eten, etc.)
  • Zelfstandige naamwoorden duiden entiteiten aan (auto, kat, heuvel, John, etc.)
  • Adjectieven duiden staten aan (ziek, gelukkig, rijk, etc.)
  • bijwoorden wijzen op (slecht, langzaam, pijnlijk, cynisch, etc.)
  • voorzetsels duiden locatie aan (onder, boven, buiten, binnen, op, etc.)

Grammaticagroepen kunnen verder worden verdeeld, afhankelijk van de bepalende eigenschappen van een woord. Zelfstandige naamwoorden kunnen bijvoorbeeld verder worden onderverdeeld in aantal, geslacht, zaak en telbaarheid. Werkwoorden kunnen worden onderverdeeld in tijd, aspect of stem.