De volkssoevereiniteit principe is een van de onderliggende ideeën van de Amerikaanse grondwet, en het stelt dat de bron van regeringsmacht (soevereiniteit) bij het volk ligt (populair). Dit principe is gebaseerd op het concept van het sociale contract, het idee dat de overheid in het belang van haar burgers moet zijn. Als de overheid het volk niet beschermt, zegt de Onafhankelijkheidsverklaring, moet deze worden ontbonden. Dat idee is ontstaan door de geschriften van verlichtingsfilosofen van Engeland - Thomas Hobbes (1588-1679) en John Locke (1632-1704) - en van Zwitserland - Jean Jacques Rousseau (1712-1778).
Thomas Hobbes schreef De Leviathan in 1651, tijdens de Engelse burgeroorlog, en daarin legde hij de eerste basis van volkssoevereiniteit. Volgens zijn theorie waren mensen egoïstisch en als ze alleen gelaten werden, in wat hij een 'staat van de natuur' noemde, zou het menselijk leven 'smerig, brutaal en kort' zijn. Daarom geven mensen om te overleven hun rechten over aan een heerser die hen bescherming biedt. Volgens Hobbes bood een absolute monarchie de beste vorm van veiligheid.
John Locke schreef Twee verhandelingen over de overheid in 1689, in reactie op een ander artikel (van Robert Filmer Patriarcha) die betoogden dat koningen een 'goddelijk recht' hebben om te regeren. Locke zei dat de macht van een koning of regering niet van God komt, maar van het volk. Mensen sluiten een 'sociaal contract' met hun regering en ruilen een deel van hun rechten in tegen de heerser in ruil voor veiligheid en wetten.
Bovendien, zei Locke, hebben individuen natuurlijke rechten, waaronder het recht om eigendom te bezitten. De overheid heeft niet het recht om dit zonder hun toestemming weg te nemen. Het is veelbetekenend dat als een koning of heerser de voorwaarden van het 'contract' breekt - door rechten weg te nemen of eigendommen weg te nemen zonder toestemming van een persoon - het het recht van het volk is om weerstand te bieden en, indien nodig, hem af te zetten.
Jean Jacques Rousseau schreef Het sociale contract in 1762. Hierin stelt hij voor: "De mens wordt vrij geboren, maar overal is hij in ketenen." Deze ketens zijn niet natuurlijk, zegt Rousseau, maar ze ontstaan door het 'recht van de sterkste', de ongelijke aard van macht en controle.
Volgens Rousseau moeten mensen gewillig legitiem gezag geven aan de overheid door een "sociaal contract" voor wederzijds behoud. De collectieve groep burgers die samen zijn gekomen, moet de wetten maken, terwijl hun gekozen regering zorgt voor hun dagelijkse uitvoering. Op deze manier kijken de mensen als een soevereine groep uit naar het gemeenschappelijke welzijn in tegenstelling tot de egoïstische behoeften van elk individu.
Het idee van volkssoevereiniteit evolueerde nog toen de grondleggers de Amerikaanse grondwet schreven tijdens de Constitutionele Conventie van 1787. In feite is volkssoevereiniteit een van de zes grondbeginselen waarop het verdrag de Amerikaanse grondwet heeft gebouwd. De andere vijf principes zijn een beperkte overheid, de scheiding van machten, een systeem van checks and balances, de noodzaak van rechterlijke toetsing en federalisme, de noodzaak van een sterke centrale overheid. Elk principe geeft de Grondwet een basis voor autoriteit en legitimiteit die het zelfs vandaag nog gebruikt.
Populaire soevereiniteit werd vaak aangehaald voor de Amerikaanse burgeroorlog als een reden waarom individuen in een nieuw georganiseerd gebied het recht zouden moeten hebben om te beslissen of slavernij al dan niet zou moeten worden toegestaan. De Kansas-Nebraska Act van 1854 was gebaseerd op het idee dat mensen het recht hebben op 'eigendom' in de vorm van slaven. Het vormde de basis voor een situatie die bekend werd als Bleeding Kansas, en het is een pijnlijke ironie omdat Locke en Rousseau er zeker niet mee eens zijn dat mensen ooit als eigendom worden beschouwd.
Zoals Rousseau schreef in "The Social Contract":
"Vanuit welk aspect we de vraag ook beschouwen, het recht van slavernij is nietig en niet alleen als onwettig, maar ook omdat het absurd en zinloos is. De woorden slaaf en recht spreken elkaar tegen en sluiten elkaar uit."