In de Engelse taal hebben alle werkwoorden verschillende vormen of tijden. Deze kunnen tegenwoordige tijd, onvoltooid verleden tijd en voltooid deelwoord omvatten. Onregelmatige werkwoorden, ook bekend als sterke werkwoorden, worden als onregelmatig beschouwd omdat ze niet het systeem van toevoegen volgen -d, -ed, of -ied aan het einde om de verleden tijd te vormen. Geen patroon van spelling van een onregelmatig werkwoord in de verleden tijd is voorspelbaar, wat betekent dat deze spelling moet worden onthouden.
In de onderstaande tabel vindt u de belangrijkste delen van enkele van de meest voorkomende onregelmatige werkwoorden in het Engels. Controleer uw woordenboek om de juiste voltooid of voltooid deelwoordvorm van een werkwoord te vinden dat niet in de lijst staat. Als het woordenboek alleen de huidige vorm van het werkwoord geeft, neem dan aan dat het werkwoord regelmatig is en het voltooid deelwoord vormt door toevoeging van -d of -ed.
CADEAU | VERLEDEN | VOLTOOID DEELWOORD |
ontstaan | ontstonden | ontstane |
worden | waren (enkelvoud was) | geweest |
ritme | ritme | geslagenof ritme) |
worden | werd | worden |
beginnen | begon | begonnen |
buigen | krom | krom |
beet | beetje | Gebeten |
bleed | bloedde | bloedde |
blazen | blies | geblazen |
breken | kapot gegaan | gebroken |
brengen | bracht | bracht |
bouwen | gebouwd | gebouwd |
barsten | barsten | barsten |
kopen | kocht | kocht |
gips | gips | gips |
vangst | gevangen | gevangen |
Kiezen | koos | Gekozen |
kleven | vastgeklampt | vastgeklampt |
komen | kwam | komen |
kosten | kosten | kosten |
besnoeiing | besnoeiing | besnoeiing |
transactie | behandeld | behandeld |
graven | gegraven | gegraven |
duiken | gedoken (of duif) | gedoken |
Doen | deed | gedaan |
trek | drew | getrokken |
drinken | dronken | dronken |
rit | dreef | aangedreven |
eten | aten | gegeten |
vallen | viel | gedaald |
voeden | gevoed | gevoed |
voelen | voelde | voelde |
strijd | vochten | vochten |
vind | gevonden | gevonden |
vlieg | vlogen | gevlogen |
vergeten | vergeten | vergeten |
bevriezen | bevroor | bevroren |
krijgen | got | kreeg (of gekregen) |
geven | gaf | gegeven |
Gaan | ging | weg |
toenemen | groeide | gegroeid |
Verdergaan met: