Hoe de verschillende vormen van voornaamwoorden te gebruiken

Een van de basisonderdelen van meningsuiting, a voornaamwoord neemt de plaats in van een zelfstandig naamwoord, vaak dienend als een onderwerp of een object in een zin. Persoonlijke voornaamwoorden zijn belangrijke hulpmiddelen om ons schrijven zowel beknopt als samenhangend te maken.

Een voornaamwoord kan effectief zijn als we een geschikte vorm (of case) gebruiken. Anders kan het de lezer afleiden of in verwarring brengen. Er zijn drie veel voorkomende voornaamwoorden: onderwerp voornaamwoorden, object voornaamwoorden, en bezittelijke voornaamwoorden. We moeten proberen voorzichtig te zijn om de ene voornaamvorm niet te verwarren met de andere.

Onderwerp voornaamwoorden (Subjectief geval)

Onderwerp voornaamwoorden worden gebruikt als onderwerpen van zinnen en van bijzinnen. De voornaamwoorden van het onderwerp zijn cursief weergegeven in de onderstaande zinnen.

  • ik leef voor de zomer.
  • U herinner me aan een grijze dag in de winter.
  • Hij (of Zij of Het) is op weg naar een val.
  • Wij zijn klaar om in actie te komen.
  • Ze nooit langer duren dan een seizoen.

Object voornaamwoorden (Objective Case)

Object voornaamwoorden worden gebruikt als objecten van werkwoorden of van voorzetsels. De voornaamwoorden van het object zijn cursief weergegeven in de onderstaande zinnen.

  • De zon schijnt nooit op me.
  • Op een dag zal er een planeet naar worden vernoemd u.
  • Mona gaf hem (of haar of het) een gouden lint.
  • Ze liet zien ons de ring rond de maan.
  • De kustwacht gered hen bij dageraad.

Possessive voornaamwoorden (Possessive Case)

Bezittelijke voornaamwoorden laten zien wie of wat iets bezit. De bezittelijke voornaamwoorden zijn cursief weergegeven in de onderstaande zinnen.

  • Mijn oude gitaar is in de pion winkel, maar het drumstel is nog steeds de mijne.*
  • Uw lied was moeilijk te begrijpen, maar ik heb er nog steeds van genoten de jouwe meer dan die van iemand anders.
  • Zijn (of Haar of Haar) muziek is te lief, dus speelden we de hare (of zijn) in plaats daarvan.
  • Onze muziek is misschien ouderwets, maar het is nog steeds De onze.
  • De Simpsons gingen weg hun kinderen in de garage, maar de McGraths namen van hen huis.

Merk op dat jij niet doen gebruik een apostrof met een bezittelijk voornaamwoord.
* Sommige grammatici maken een onderscheid tussen bezittelijke determinanten (zoals mijn in "Mijn oude gitaar ') en bezittelijke voornaamwoorden (zoals de mijne in "het drumstel is nog steeds van mij."

Oefen in het gebruik van juiste voornaamwoorden

Deze oefeningen geven je oefening in het duidelijk en correct gebruiken van de verschillende vormen van voornaamwoorden:

  • De verschillende vormen van voornaamwoorden gebruiken: Oefening 1
  • Pronoun Oefening: Een paragraaf opnieuw maken met pronouns