Een poppenhuis is een toneelstuk uit 1879 van de Noorse schrijver Henrik Ibsen, die het verhaal vertelt van een ontevreden vrouw en moeder. Het was zeer controversieel ten tijde van de release, omdat het vragen en kritiek opriep over de maatschappelijke verwachtingen van het huwelijk, met name de onderdanige rol die van vrouwen werd verwacht. Nora Helmer is wanhopig om te voorkomen dat haar man Torvald ontdekt dat ze leningdocumenten heeft vervalst en denkt dat als ze wordt onthuld, hij zijn eer voor de hare opoffert. Ze overweegt zelfs zelfmoord te plegen om hem deze verontwaardiging te besparen.
Nora wordt bedreigd door Nils Krogstad, die haar geheim kent en het wil onthullen als Nora hem niet helpt. Hij staat op het punt ontslagen te worden door Torvald en wil dat Nora tussenbeide komt. Haar pogingen zijn echter niet succesvol. Ze vraagt Kristine, een lang verloren liefde van Krogstad, om haar te helpen, maar Kristine besluit dat Torvald de waarheid moet kennen, ten goede van het huwelijk van de Helmers.
Als de waarheid naar buiten komt, stelt Torvald Nora teleur met zijn egocentrische reactie. Het is op dit punt dat Nora beseft dat ze nooit echt heeft ontdekt wie ze is, maar haar leven heeft geleefd als een speeltje voor het gebruik van eerst haar vader, en nu haar man. Aan het einde van het stuk verlaat Nora Helmer haar man en kinderen om zichzelf te zijn, wat ze niet kan doen als onderdeel van de familie-eenheid.
Het stuk is gebaseerd op een waargebeurd verhaal, van Laura Kieler, een vriendin van Ibsen die door veel van dezelfde dingen ging die Nora deed. Het verhaal van Kieler had een minder gelukkig einde; Haar man scheidde van haar en liet haar in een asiel stappen.