Als de puntige, symmetrische, vaag dreigend uitziende platen er niet waren, zou Stegosaurus een volledig onopvallende dinosaurus zijn - een saaie, kleinbreinige tweederangs planteneter zoals Iguanodon. Gelukkig voor zijn plaats in de populaire verbeelding, bezat de late Jurassic Stegosaurus echter een van de meest onderscheidende "do's" in het dierenrijk, die dubbele rijen van taaie, benige, ruwweg driehoekige platen die langs de rug en nek van deze dinosaurus stonden.
Het heeft echter lang geduurd voordat deze platen hun juiste positie en functie hebben gekregen - of in ieder geval aan wat de meeste moderne dinosaurus-experts vandaag de dag als hun juiste positie en functie beschouwen. In 1877 bedacht de beroemde Amerikaanse paleontoloog Othniel C. Marsh de naam Stegosaurus, Grieks voor 'dakhagedis', omdat hij geloofde dat de platen van deze dinosaurus vlak langs de bovenkant van zijn romp lagen, net als het pantser van een krokodil. (In feite had Marsh aanvankelijk de indruk dat hij te maken had met een gigantische prehistorische schildpad!)
Een paar jaar na deze blunder besefte hij dat Stegosaurus in feite een dinosaurus was en geen schildpad-moeras dat speculeerde dat zijn driehoekige platen opeenvolgend, één voor één, over zijn rug stonden. Pas in de jaren zestig en zeventig werd verder fossiel bewijs ontdekt dat de platen van Stegosaurus eigenlijk in twee afwisselende, versprongen rijen waren gerangschikt. Tegenwoordig gebruiken vrijwel alle moderne reconstructies deze opstelling, met enige variatie in hoe ver de platen naar de ene of de andere kant worden gekanteld.
Tenzij verder bewijs aan het licht komt - en Stegosaurus al extreem goed vertegenwoordigd is in het fossielenbestand, zijn alle verrassingen onwaarschijnlijk - paleontologen zijn het erover eens hoe Stegosaurus zijn platen "droeg". De structuur van deze platen is ook niet controversieel; in feite waren het gigantische versies van de "osteodermen" (uitsteeksels van benige huid) die worden gevonden op moderne krokodillen, en kunnen (of niet) zijn bedekt met een laag van gevoelige huid. Cruciaal is dat de platen van Stegosaurus niet rechtstreeks waren bevestigd aan de ruggengraat van deze dinosaurus, maar eerder aan zijn dikke opperhuid, waardoor ze meer flexibiliteit en een breder bewegingsbereik hadden.
Dus wat was de functie van de platen van Stegosaurus? Er zijn een paar huidige theorieën:
Dus wat is het meest waarschijnlijke antwoord? Het feit is dat evolutie een manier heeft om specifieke anatomische kenmerken aan meerdere functies aan te passen, dus het kan best zijn dat de platen van Stegosaurus letterlijk al het bovenstaande waren: een seksueel gekozen kenmerk, een middel om te intimideren of te verdedigen tegen roofdieren, en een temperatuurregelapparaat. Over het algemeen wijst het grootste deel van het bewijs echter voornamelijk op een seksuele / signaalfunctie, zoals het geval is met veel anders puzzelende dinosauruskenmerken, zoals de lange nek van sauropoden, de enorme franjes van ceratopsians en de uitgebreide toppen van hadrosaurs.