Een peptide is een molecuul dat bestaat uit twee of meer aminozuren die met elkaar zijn verbonden door peptidebindingen. De algemene structuur van een aminozuur is: R-CH (NH2) COOH. Elk aminozuur is een monomeer dat een peptidepolymeerketen vormt met andere aminozuren wanneer de carboxylgroep (-COOH) van één aminozuur reageert met de aminogroep (-NH2) van een ander aminozuur, waarbij een covalente binding tussen de aminozuurresiduen wordt gevormd en een molecuul water wordt afgegeven.
Peptiden zijn biologisch en medisch belangrijke moleculen. Ze komen van nature voor in organismen, plus door het laboratorium gesynthetiseerde verbindingen zijn actief wanneer ze in een lichaam worden geïntroduceerd. Peptiden fungeren als structurele componenten van cellen en weefsels, hormonen, toxines, antibiotica en enzymen. Voorbeelden van peptiden zijn het hormoon oxytocine, glutathion (stimuleert de weefselgroei), melittine (honingbijengif), het pancreashormoon insuline en glucagon (een hyperglycemische factor).
Ribosomen in cellen construeren veel peptiden, omdat RNA wordt vertaald in een aminozuursequentie en de residuen aan elkaar worden gekoppeld. Er zijn ook niet-ribosomale peptiden, die zijn geconstrueerd door enzymen in plaats van ribosomen. In beide gevallen ondergaan aminozuren die eenmaal zijn gekoppeld, posttranslationele modificaties. Deze kunnen hydroxylering, sulfonering, glycosylering en fosforylering omvatten. Hoewel de meeste peptiden lineaire moleculen zijn, vormen sommige ringen of lariat-structuren. Minder vaak ondergaan L-aminozuren racemisatie om D-aminozuren in peptiden te vormen.
De termen "peptide" en "eiwit" zijn gewoonlijk verward. Niet alle peptiden vormen eiwitten, maar alle eiwitten bestaan uit peptiden. Eiwitten zijn grote peptiden (polypeptiden) die 50 of meer aminozuren of moleculen bevatten die uit meerdere peptidesubeenheden bestaan. Ook vertonen eiwitten doorgaans een complexere structuur dan eenvoudiger peptiden.
Peptiden kunnen worden geclassificeerd op basis van hun functie of op basis van hun bron. Het handboek van biologisch actieve peptiden bevat groepen peptiden, waaronder:
Peptiden worden genoemd op basis van hoeveel aminozuurresiduen ze bevatten of op basis van hun functie:
Twee soorten peptiden zijn geclassificeerd als Schema 2 (S2) verboden stoffen op de Verboden Lijst van de World Anti-Doping Agency (WADA), de Verboden Lijst van de Verenigde Staten Anti-Doping Agency (USADA) en door de Australische Sports Anti-Doping Authority. Peptide-hormonen en secretagoog-peptiden zijn verboden voor gebruik door professionele atleten, ongeacht of ze in competitie zijn, omdat de chemicaliën als prestatieverbeteraars werken. De verboden peptiden zijn groeihormonen, die die de zuurstofvoorziening in het bloed verhogen, die die spiergroei en herstel beïnvloeden, en die die ervoor zorgen dat endocriene systeemorganen (bijv. Eierstokken, testikels, schildklier) hormonen afscheiden. De stoffen zijn niet alleen verboden omdat ze atleten een oneerlijk voordeel kunnen geven ten opzichte van leeftijdsgenoten, maar omdat hun gebruik het risico op hypertensie, watervergiftiging, hart- en leverschade en kanker kan verhogen.