Duits taalgids in de klas

Dit taalboek, een verzameling Engels-Duitse uitdrukkingen en uitdrukkingen voor het Duitstalige klaslokaal, is bedoeld als hulpmiddel voor studenten die de doeltaal (die Zielsprache: Deutsch) in een klaslokaal. Voor beginners kan het gebruik van een fonetisch Duits alfabet helpen bij de uitspraak, omdat deze handleiding hier niet is opgenomen.

Respect tonen

Vormen van adres: mevrouw / mevrouw. Schmidt, meneer Schmidt

Anredeformen: Frau Schmidt, Herr Schmidt

Notitie: Spreek altijd uw leraar, professor of ander schoolpersoneel aan als Sie! Je medestudenten moeten worden aangesproken als du (een of ihr (meerdere).

Gemeenschappelijke klasuitdrukkingen

Hallo daar! Hallo iedereen!
Hallo allerseits! Hallo alle zusammen!

Sorry dat ik te laat ben.
Tut mir Leid, dass ich zu spät komme.

Wat betekent?
Was bedeutet / heißt ___?

Waar is het Duits voor ___?
Was heißt ___ auf Deutsch?

Ik begrijp het niet.
Ich verstehe nicht.

Langzamer, alsjeblieft.
Lamgsamer bitte.

Pardon? Wat was dat? (Ik begreep het niet)
Wie bitte? (Vermijd Was?, het Duitse equivalent van "Huh?")

Kan je dat alsjeblieft herhalen? (tegen leraar)
Bitte wiederholen Sie das!

Kan je dat alsjeblieft herhalen? (tegen student)
Noch einmal bitte!

Mag ik naar het toilet?
Darf ich auf die Toilette?/aufs Klo?

Kan ik even weggaan / vertrekken?
Darf ich kurz mal hinausgehen?

Hoe spel je dat?
Wie schreibt man das?

Dat heb ik al gedaan.
Ich hab 'das schon gemacht.

Hebben we huiswerk?
Haben wir Hausaufgaben?

Welke pagina / oefening?
Welche Seite/Übung?

Ik weet het niet.
Ik weet het niet.

ik heb geen idee.
Ich habe keine Ahnung.

ja - nee - OK
ja - nein - Schon darm.

Wat is het verschil tussen ___ en ___?
Was ist der Unterschied zwischen ___ und ___?