Deze pagina geeft voorbeeldzinnen van het werkwoord "Drinken" in alle tijden, inclusief actieve en passieve vormen, evenals voorwaardelijke en modale vormen.
Basisvorm drinken / Verleden tijd dronken / Voltooid deelwoord dronken / Gerundium drinken
Hij drinkt meestal vier glazen water per dag.
Water wordt tijdens de maaltijd gedronken.
Ze drinkt een gin-tonic.
De nieuwe wijn wordt gedronken door klanten.
Peter heeft vanmiddag drie glazen water gedronken.
Al het sap is gedronken.
Ik heb de hele ochtend sap gedronken.
Jack dronk een glas appelsap.
Een glas appelsap werd door die klant gedronken.
Ze dronk wat water toen de man haar tegen het lijf liep.
Water werd gedronken toen ze de wijn openden.
We hadden al het water gedronken voordat de bestelling arriveerde.
Al het water was gedronken voordat de bestelling arriveerde.
We hadden onze drankjes tien minuten gedronken toen hij eindelijk aankwam.
Ze zal sinaasappelsap drinken.
Wijn wordt gedronken door de klanten aan tafel zes.
We gaan Franse wijn drinken bij onze maaltijd.
Franse wijn wordt door de klanten aan tafel zes gedronken.
Morgen zullen we deze keer een lekkere koude cocktail drinken.
Tegen het einde van de avond heeft hij drie flessen gedronken.
Hij drinkt misschien sap.
Als hij wijn drinkt, rijd ik naar huis.
Als hij wijn dronk, zou ik naar huis rijden.
Als hij wijn had gedronken, was ik naar huis gereden.
Ik zou wat thee moeten drinken.
Je had wat melk moeten drinken om je maag te kalmeren.
Gebruik het werkwoord "drinken" om de volgende zinnen te vervoegen. Quiz-antwoorden zijn hieronder. In sommige gevallen kan meer dan één antwoord correct zijn.
Hij _____ gewoonlijk vier glazen water per dag.
Ze is momenteel een gin-tonic.
Peter _____ drie glazen water vanmiddag.
Ik _____ sap de hele ochtend.
Een glas appelsap _____ door die klant.
We _____ al het water voordat de bestelling arriveerde.
Ze _____ sinaasappelsap.
We _____ Franse wijn bij onze maaltijd.
Als hij wijn _____, zou ik naar huis rijden.
Ze _____ wat water toen de man tegen haar aan botste.
drankjes
is aan het drinken
heeft gedronken
heb gedronken
was dronken
had gedronken
zal drinken
gaan drinken
dronken
was aan het drinken