Veel van Shakespeare's toneelstukken hebben historische elementen, maar alleen bepaalde toneelstukken zijn gecategoriseerd als ware Shakespeare-geschiedenissen. Werken als 'Macbeth' en 'Hamlet' zijn bijvoorbeeld historisch van opzet, maar zijn correcter geclassificeerd als Shakespeare-tragedies. Hetzelfde geldt voor de Romeinse toneelstukken ("Julius Caesar", "Antony en Cleopatra" en "Coriolanus"), die allemaal historische bronnen oproepen maar technisch geen geschiedenisspelen zijn.
Dus, als veel toneelstukken historisch lijken, maar slechts een paar echt, wat maakt een Shakespeare geschiedenis?
Shakespeare haalde inspiratie voor zijn stukken uit een aantal bronnen, maar de meeste Engelse geschiedenisspelen zijn gebaseerd op 'Chronicles' van Raphael Holinshed. Shakespeare stond erom bekend veel te lenen van eerdere schrijvers, en hij stond hierin niet alleen. Holinsheds werken, gepubliceerd in 1577 en 1587, waren belangrijke referenties voor Shakespeare en zijn tijdgenoten, waaronder Christopher Marlowe.
Niet precies. Hoewel ze een grote inspiratie vormden voor Shakespeare, waren de werken van Holinshed niet bijzonder historisch nauwkeurig; in plaats daarvan worden ze meestal als fictieve entertainmentwerken beschouwd. Dit is echter slechts een deel van de reden waarom je 'Henry VIII' niet zou moeten gebruiken om te studeren voor je geschiedenistest. Bij het schrijven van de geschiedenisspelen probeerde Shakespeare geen nauwkeurig beeld van het verleden te geven. Hij schreef eerder voor het vermaak van zijn theaterpubliek en vormde daarom historische gebeurtenissen die bij hun interesses pasten.
Als de geschriften van Shakespeare (en Holinshed) tegenwoordig worden geproduceerd, zouden ze waarschijnlijk worden beschreven als 'gebaseerd op historische gebeurtenissen' met een disclaimer dat ze voor dramatische doeleinden zijn bewerkt.
De geschiedenis van Shakespeare heeft een aantal dingen gemeen. Ten eerste spelen de meeste zich af in tijden van middeleeuwse Engelse geschiedenis. De geschiedenis van Shakespeare dramatiseert de Honderdjarige Oorlog met Frankrijk en geeft ons de Henry Tetralogy, "Richard II", "Richard III" en "King John" - waarvan vele dezelfde personages op verschillende leeftijden hebben.
Ten tweede biedt Shakespeare in al zijn geschiedenissen sociaal commentaar via zijn personages en plots. De geschiedenis speelt eigenlijk meer over de tijd van Shakespeare dan over de middeleeuwse samenleving waarin ze zich afspelen.
Zo wierp Shakespeare koning Henry V uit als een held om het groeiende patriottisme in Engeland te benutten. Toch is zijn weergave van dit personage niet noodzakelijk historisch accuraat. Er is niet veel bewijs dat Henry V de opstandige jeugd had die Shakespeare uitbeeldt, maar de Bard schreef hem op die manier om zijn gewenste commentaar te geven.
Ondanks dat het lijkt te zijn gericht op de adel, biedt de geschiedenis van Shakespeare vaak een beeld van de samenleving dat dwars door het klassenstelsel loopt. Ze presenteren ons allerlei personages, van nederige bedelaars tot leden van de monarchie, en het is niet ongewoon dat personages uit beide uiteinden van de sociale lagen samen scènes spelen. Het meest memorabel zijn Henry V en Falstaff, die in een aantal van de geschiedenisspelen opduikt.
Shakespeare schreef 10 geschiedenissen. Hoewel deze spelen qua onderwerp verschillen, zijn ze niet in stijl. In tegenstelling tot andere toneelstukken die kunnen worden onderverdeeld in genres, bieden de geschiedenissen allemaal een gelijke mate van tragedie en komedie.
De 10 spelen geclassificeerd als geschiedenis zijn als volgt: