Homonomie voorbeelden en definitie

Het woord homonymie (van het Grieks-homos: dezelfde, onoma: naam) is de relatie tussen woorden met identieke vormen maar met verschillende betekenissen - dat wil zeggen, de voorwaarde dat het homoniemen is. Een voorbeeld is het woord bank zoals het verschijnt in "rivier bank"en" besparingen bank."

Taalkundige Deborah Tannen heeft de term gebruikt pragmatische homonymie (of dubbelzinnigheid) om het fenomeen te beschrijven waardoor twee sprekers "dezelfde taalinstrumenten gebruiken om verschillende doeleinden te bereiken" (Gespreksstijl, 2005).

Zoals Tom McArthur heeft opgemerkt: "Er is een uitgebreid grijs gebied tussen de concepten polysemie en homonymie" (Beknopte Oxford-companion voor de Engelse taal, 2005). 

Voorbeelden en observaties

• "Homoniemen worden geïllustreerd door de verschillende betekenissen van het woord beer (dier, draag) of oor (van lichaam, van maïs). In deze voorbeelden omvat de identiteit zowel de gesproken als geschreven vormen, maar het is mogelijk om te hebben gedeeltelijke homonymie-of heteronymie - waarbij de identiteit zich in een enkel medium bevindt, zoals in homofonie en homografie. Wanneer er onduidelijkheid bestaat tussen homoniemen (niet-opzettelijk of gekunsteld, zoals in raadsels en woordspelingen), een homonymische botsing of conflict er wordt gezegd dat het heeft plaatsgevonden. "
  (David Crystal. Een woordenboek van taal- en fonetiek, 6e ed. Blackwell, 2008)
• "Voorbeelden van homonymie zijn 'peer ('persoon behorende tot dezelfde groep in leeftijd en status') en 'peer ('kijk zoekend'), of gluren ('een zwak schril geluid maken') en gluren ('kijk voorzichtig'). "
  (Sidney Greenbaum en Gerald Nelson, Een inleiding tot Engelse grammatica, 3e ed. Pearson, 2009)

Homonymie en Polysemie

• "Homonymie en polysemie hebben beide betrekking op één lexicale vorm die wordt geassocieerd met meerdere zintuigen en als zodanig zijn beide mogelijke bronnen van lexicale dubbelzinnigheid. Maar hoewel homoniemen verschillende lexemen zijn die toevallig dezelfde vorm delen, wordt in polysemie een enkele lexeme geassocieerd met meerdere zintuigen Het onderscheid tussen homonymie en polysemie wordt meestal gemaakt op basis van de verbondenheid van de zintuigen: polysemie omvat verwante zintuigen, terwijl de zintuigen die verband houden met homonieme lexemen niet verwant zijn. " (M. Lynne Murphy en Anu Koskela, Belangrijke termen in semantiek. Continuum 2010)
• "Taalkundigen maken al lang onderscheid tussen polysemie en homonymie (bijv. Lyons 1977: 22, 235). Meestal wordt een account als het volgende gegeven. Homonymy wordt verkregen wanneer twee woorden per ongeluk dezelfde vorm hebben, zoals bank 'land grenzend aan een rivier' en bank 'financiele instelling.' Polysemy verkrijgt waar een woord verschillende vergelijkbare betekenissen heeft, zoals mei die 'toestemming' aangeeft (bijv., Mag ik nu gaan?) en mei geeft de mogelijkheid aan (bijv., Het kan nooit gebeuren). Omdat het niet eenvoudig is om te zeggen wanneer twee betekenissen totaal verschillend of niet-gerelateerd zijn (zoals in homonymie) of wanneer ze gewoon een beetje anders en gerelateerd zijn (zoals bij polysemie), is het gebruikelijk om aanvullende, gemakkelijker te bepalen criteria toe te voegen. "
• "Het probleem is dat, hoewel nuttig, deze criteria niet volledig compatibel zijn en niet helemaal opgaan. Er zijn gevallen waarin we kunnen denken dat de betekenissen duidelijk te onderscheiden zijn en dat we daarom homonymie hebben, maar die niet kunnen worden onderscheiden door de gegeven taalkundige formele criteria, bijv., betoveren kan duiden op 'een soort interpersoonlijke aantrekkingskracht' en kan ook in de fysica worden gebruikt voor 'een soort fysieke energie'. Zelfs het woord niet bank, meestal gegeven in de meeste leerboeken als het archetypische voorbeeld van homonymie, is duidelijk. Zowel de betekenis van de 'financiële bank' als de 'rivieroever' is afgeleid van een proces van metonymie en metafoor, respectievelijk uit het Oud-Frans banc 'bank.' Sinds bank in zijn twee betekenissen behoort tot hetzelfde deel van de spraak en is niet geassocieerd met twee inflectionele paradigma's, de betekenissen van bank zijn geen geval van homonimiteit door een van de bovenstaande criteria ... Traditionele taalkundige criteria voor het onderscheiden van homonymie van polysemie, hoewel ongetwijfeld nuttig, blijken uiteindelijk onvoldoende te zijn. "(Jens Allwood," Betekenis mogelijkheden en context: enkele gevolgen voor de analyse van variatie in betekenis. " Cognitieve benaderingen van Lexical Semantics, ed. door Hubert Cuyckens, René Dirven en John R. Taylor. Walter de Gruyter, 2003)
• "Woordenboeken herkennen het onderscheid tussen polysemie en homonymie door van een polysemisch item een ​​enkel woordenboekitem te maken en homofone lexemen twee of meer afzonderlijke items te maken. hoofd is één invoer en bank wordt twee keer ingevoerd. Producenten van woordenboeken nemen in dit verband vaak een beslissing op basis van etymologie, wat niet noodzakelijk relevant is, en in sommige gevallen zijn twee aparte ingangen nodig wanneer twee lexemen een gemeenschappelijke oorsprong hebben. Het formulier leerling, heeft bijvoorbeeld twee verschillende zintuigen, 'deel van het oog' en 'schoolkind'. Historisch gezien hebben deze een gemeenschappelijke oorsprong, maar momenteel zijn ze semantisch niet verwant. Op dezelfde manier waren bloem en bloem oorspronkelijk 'hetzelfde woord', net als de werkwoorden stropen (een manier van koken in water) en stropen 'om [dieren] op het land van een ander te jagen'), maar de betekenissen liggen nu ver uit elkaar en alle woordenboeken behandelen ze als homoniemen, met een afzonderlijke lijst. Het onderscheid tussen homonymie en polysemie is niet gemakkelijk te maken. Twee lexemen zijn ofwel identiek van vorm of niet, maar betekenisrelatie is geen kwestie van ja of nee; het is min of meer een kwestie. "(Charles W. Kreidler, Introductie van Engelse semantiek. Routledge, 1998)

Aristoteles over homonymie

• "Die dingen worden homoniem genoemd waarvan alleen de naam gebruikelijk is, maar het verhaal dat overeenkomt met de naam is anders ... Die dingen worden synoniem genoemd waarvan de naam gebruikelijk is, en het verslag dat overeenkomt met de naam hetzelfde is ."(Aristoteles, Categorieën)
• "Het bereik van Aristoteles 'toepassing van homonymie is in sommige opzichten verbazingwekkend. Hij doet een beroep op homonymy op vrijwel elk gebied van zijn filosofie. Naast zijn en goedheid accepteert Aristoteles ook de homonymie of multivocity van: leven, eenheid , oorzaak, bron of principe, aard, noodzaak, substantie, het lichaam, vriendschap, deel, geheel, prioriteit, posterioriteit, geslacht, soort, de staat, gerechtigheid en vele anderen. Inderdaad, hij wijdt een heel boek van de Metafysica tot een opname en gedeeltelijke sortering van de vele manieren waarop kernfilosofische noties zouden zijn. Zijn preoccupatie met homonymie beïnvloedt zijn benadering van bijna elk onderwerp van onderzoek dat hij beschouwt, en het structureert duidelijk de filosofische methodologie die hij gebruikt, zowel bij het bekritiseren van anderen als bij het bevorderen van zijn eigen positieve theorieën. "(Christopher Shields, Orde in Multipliciteit: Homonymie in de filosofie van Aristoteles. Oxford University Press, 1999).