Conservatieve perspectieven op het derde amendement op de Amerikaanse grondwet

"Geen enkele soldaat zal in vredestijd in enig huis worden gevierd zonder toestemming van de eigenaar, noch in oorlogstijd, maar op een door de wet vast te stellen wijze."
Het derde amendement op de Amerikaanse grondwet beschermt Amerikaanse burgers tegen het gedwongen worden van hun huizen gebruik te maken van leden van het Amerikaanse leger. Het amendement verleent niet hetzelfde voorrecht aan Amerikaanse burgers in oorlogstijd. De relevantie van de wet verminderde aanzienlijk na de Amerikaanse burgeroorlog en is grotendeels archaïsch in de 21ste eeuw. Tijdens de Amerikaanse revolutie werden kolonisten vaak gedwongen Britse soldaten op hun eigendom te huisvesten in tijden van oorlog en vrede. Heel vaak zouden deze kolonisten gedwongen worden om hele regimenten van de Kroon op te zetten en te voeden, en de soldaten waren niet altijd goede huisgasten. Artikel III van de Bill of Rights is gemaakt om een ​​einde te maken aan de lastige Britse wet, bekend als de Quartering Act, die deze praktijk toestond.
In de 20e eeuw hebben leden van het Amerikaanse Hooggerechtshof echter verwezen naar het Derde Amendement in gevallen van privacyrechten. In de meest recente gevallen worden de negende en veertiende amendementen echter vaker aangehaald en zijn ze meer van toepassing op het verdedigen van het recht van Amerikanen op privacy.
Hoewel het af en toe het onderwerp is van vergezochte rechtszaken, zijn er enkele gevallen geweest waarin het derde amendement een belangrijke rol speelde. Om die reden heeft het amendement nooit te maken gehad met een belangrijke intrekking. Voor conservatieven in het algemeen, en culturele conservatieven in het bijzonder, dient het Derde Amendement als een herinnering aan de vroege strijd van dit land tegen onderdrukking.