Net zoals een fysieke training een solide warming-up nodig heeft voor topprestaties, moeten warming-upoefeningen aan het begin van elke eerste klasstudent beginnen met leren. Opwarmingen van taalkunsten richten zich op grammatica en compositie met snelle activiteiten om de creatieve stroom te stimuleren. Trek de aandacht van uw studenten door ze te betrekken bij een stimulerende taak in verband met de les van de dag. Je kunt het introduceren op het whiteboard of met een hardcopy op ieders bureau, maar zorg ervoor dat ze meteen na hun aankomst aan de slag kunnen.
Opwarmingen in de taalkunsten kunnen eerder behandeld materiaal bekijken of een voorbeeld geven van toekomstige informatie. Ze moeten snel, leuk en ontworpen zijn voor studentensucces, zoals de voorbeelden hier.
Bijwoorden wijzigen andere woorden, vaak werkwoorden maar ook bijvoeglijke naamwoorden en andere bijwoorden, door te antwoorden wanneer, waar en hoe. Bijwoorden kunnen komen in afhankelijke bijzinnen of woordgroepen, waardoor ze een beetje moeilijker te identificeren zijn. Verwelkom uw taalkunstenstudenten in de klas door hen te vragen de bijwoordclausules te identificeren in enkele herkenbare spreekwoorden.
Indirecte objecten ontvangen of profiteren van de actie van een werkwoord, maar ze springen niet altijd uit een zin zoals directe objecten doen. Oefeningen bij het vinden van indirecte objecten zetten studenten aan het denken voorbij de eenvoudige antwoorden, dus opwarmen met een activiteit op basis van indirecte objecten moet hun hersenen leniger maken en klaar om nieuwe informatie te ontvangen.
Werkwoorden staan soms als andere delen van meningsuiting. Gezamenlijk werkwoorden genoemd, werkwoorden die worden gebruikt als deelwoorden, gerunds en infinitieven kunnen deel uitmaken van een zin die gerelateerde modificatoren, objecten en aanvullingen bevat. Daag studenten uit met het identificeren van deze undercover werkwoorden en het onthullen van hun werkelijke identiteit voor een leuke manier om je grammatica speurneuzen te gebruiken.
Voortbouwend op de identificatie van verbalen, een activiteit die is ontworpen om de rol van deelwoorden en deelzinnen verder te benadrukken - wanneer werkwoorden bijvoeglijke naamwoorden worden - leidt tot erkenning dat dingen misschien niet altijd zijn wat ze lijken. Dit handige concept voor veel taalkunsten onderwerpen vertaalt zich ook naar de meeste andere academische onderwerpen.
Op het eerste gezicht lijken onafhankelijke en afhankelijke clausules hetzelfde. Beide bevatten onderwerpen en werkwoorden, maar alleen onafhankelijke clausules kunnen op zichzelf staan als een zin. Begin de klas met deze oefening om studenten eraan te herinneren dat antwoorden zelden werken in taalkunsten en hen aanmoedigen om hun kritische denkvaardigheden te gebruiken.
Volledige zinnen kunnen slechts één woord bevatten, terwijl zinsfragmenten kunnen doorlopen voor meerdere regels tekst. Breng studenten in de stemming voor grammatica met een leuke oefening waarbij ze worden uitgedaagd om fragmenten in volledige zinnen te veranderen met een predikaat. Deze activiteit bevordert de ontwikkeling van complete gedachten.
Run-on zinnen zijn het gevolg van ontbrekende voegwoorden of interpunctie. Als de klas begint met een oefening in het corrigeren van naloopzinnen, moeten de studenten op de details letten. Dit maakt een goede opener voor lessen over compositie en creatief schrijven.