EEN rudis (meervoud Rudes) was een houten zwaard of staaf, die werd gebruikt in de Romeinse gladiatortraining zowel tegen de palus (een paal) als voor schijngevechten tussen sparringpartners. Het werd ook gegeven, samen met palmtakken, aan de winnaar van een gladiatorengevecht.
Gladiatoren waren slaven die een rituele strijd voerden tussen leven en dood voor de aanwezige Romeinen. De code van de gladiator was om de tegenstander te verslaan zonder ernstig letsel toe te brengen. De eigenaar / rechter van de spellen, genaamd de munerarius of editor, verwachtte gladiatoren om goed en volgens vastgestelde regels te vechten. Er was een risico op overlijden in de strijd, zeker als gevolg van een fatale wond of steekwond, door bloedverlies of een resulterende infectie. Dieren werden gejaagd en gedood en sommige mensen werden geëxecuteerd in de arena. Maar meestal waren de gladiatoren mannen die de dreiging van de dood confronteerden en overwonnen door moed, vaardigheid en martial excellence.
Toen een Romeinse gladiator een gevecht won, ontving hij palmtakken voor de overwinning en de rudis als een gebaar symbolisch voor zijn vrijheid van slavernij. De Romeinse dichter Martial schreef over een omstandigheid waarin twee gladiatoren genaamd Verus en Priscus vochten voor een patstelling, en beiden ontvingen rudes en palmen als beloning voor hun moed en vaardigheid.
Met zijn token rudis, de pas bevrijde gladiator zou een nieuwe carrière kunnen beginnen, misschien als trainer van toekomstige vechters op een gladiatorenschool genaamd a ludus, of misschien als scheidsrechters tijdens gladiatorengevechten. Soms gepensioneerde gladiatoren, genaamd rudiarii, zou terugkeren voor een laatste gevecht. Bijvoorbeeld, de Romeinse keizer Tiberius hield feestelijke wedstrijden ter ere van zijn grootvader, Drusus, waarbij hij een aantal gepensioneerde gladiatoren liet verschijnen door elk van hen honderdduizend sesterces te betalen.
De meest elite van de gepensioneerde gladiatoren werd nagesynchroniseerd summa rudis. De summa rudis ambtenaren droegen witte tunieken met paarse randen (Clavi), en diende als technische experts om ervoor te zorgen dat de gladiatoren moedig, vaardig en volgens de regels vochten. Ze droegen wapenstokken en zwepen waarmee ze op illegale bewegingen wezen. Uiteindelijk konden de summa rudis-officials een wedstrijd stoppen als een gladiator te ernstig gewond zou raken, gladiatoren zou dwingen om door te vechten of de beslissing uitstellen naar de redacteur. Gepensioneerde gladiatoren die summa rudis werden, bereikten blijkbaar bekendheid en rijkdom in hun tweede carrière als functionarissen van de gevechten.
Volgens een inscriptie in Ankara, Turkije, a summa rudis genaamd Aelius was een van een groep beroemde ex-gladiatoren die het burgerschap van verschillende Griekse steden hadden gekregen. Een andere inscriptie uit Dalmatië prijst Thelonicus, die terwijl een retiarius werd bevrijd van de rudi's door de vrijgevigheid van de mensen.
De Romeinse schrijvers Cicero en Tacitus gebruikten beiden de houten zwaardroodis als metafoor bij het vergelijken van oratorium in de senaat versus wat zij als minder beschouwden of oratorium oefenen als een spreker met rudes in plaats van ijzeren zwaarden.