De 2 vormen van de imperfecte conjunctie in het Spaans

Waarom zijn er twee vormen van de onvolmaakte conjunctief, zoals hablara en hablase? Betekenden ze hetzelfde? De -se vorm kan worden beschouwd als de "traditionele" vorm van de onvolmaakte (of verleden) conjunctief, terwijl de -ra komt uit een oude Latijnse indicatieve vorm. Na verloop van tijd werden de twee werkwoordsvormen identiek gebruikt. Vandaag, op enkele regionale uitzonderingen na, de -ra formulier heeft in feite de -se vorm, en zo is het ook -ra vorm die u moet leren.

Wanneer gebruikt als de onvolmaakte conjunctief, zijn de twee vormen uitwisselbaar. De -se vorm staat soms bekend als een literaire vorm omdat het veel minder wordt gebruikt, maar er is geen verschil in betekenis.

Voorbeelden van de imperfecte conjunctuur in gebruik, met de -ra Het formulier

  • Si fuera fácil yo tocaría el piano. (Als het waren makkelijk zou ik piano spelen.)
  • Espero que él estudiara con cuidado. (Ik hoop het bestudeerd voorzichtig.)
  • Le prohibieron que utilizara las redes sociales. (Ze verboden haar van gebruik makend van sociale netwerken.)

Er zijn maar weinig gevallen waarin het gebruik van de -ra form als een indicatief werkwoord form heeft het overleefd in het moderne Spaans, hoewel je ze zelden zult horen. In sommige delen van Latijns-Amerika en in sommige gebieden in de buurt van Portugal, hoort u misschien de -ra vormvervanger voor het pluperfect (bijv., fuera in plaats van había sido om te zeggen "was geweest").

Er zijn enkele sprekers die de gebruiken -ra een soort van haber als vervanging voor het voorwaardelijke, dat wil zeggen hubiera conocido in plaats van habría conocido want "zou het geweten hebben"; dat gebruik soms ook in de literatuur voorkomt. In deze zeldzame gevallen waarin de -ra vorm wordt gebruikt in plaats van de voorwaardelijke, de -se vorm kan niet worden gebruikt als vervanging voor de voorwaardelijke. Het is niet belangrijk om deze variaties te leren, maar het kan nuttig zijn om te onthouden dat ze bestaan ​​voor het geval je ze tegenkomt.

De -ra Vervoegingspatroon voor regelmatige werkwoorden

  • -ar werkwoorden: que yo hablara, que tú hablaras, que usted / él / ella hablara, que nosotros habláramos, que vosotros hablarais, que ustedes / ellos / ellas hablaran.
  • -er werkwoorden: que yo aprendiera, que tú aprendieras, que usted / él / ella aprendiera, que nosotros aprendiéramos, que aprendierais, que ustedes / ellos / ellas aprendieran.
  • -ir werkwoorden: que yo viviera, que tú vivieras, que usted / él / ella viviera, que nosotros viviéramos, que vosotros vivierais, que ustedes / ellos / ellas vivieran.