ESL-quizmeting in sport

Dit is een serie van twee quizzen gericht op sportwoordenschat. De eerste quiz gaat over het meten van sporten en de tweede quiz over sportlocaties.

Tijd, score en afstand worden op verschillende manieren gemeten, afhankelijk van het type sport waar je het over hebt. Bepaal welke tijd-, score- en / of afstandsmeting wordt gebruikt in elk van de onderstaande sporten. Sommige woorden worden meer dan eens gebruikt:

spel, punt, reeks, mijl, inning, beroertes, tuin, ronde, verplaatsen, wedstrijd, meter, ronde, kwartier, uit, half, ronde, omlaag, lengte

  • Amerikaans voetbal: _____
  • Europees voetbal: _____
  • Tennis: _____
  • Schaken: _____
  • Zwemmen: _____
  • Pingpong: _____
  • Paardenracen: _____
  • Ijshockey: _____
  • Boksen: _____
  • Volleybal: _____
  • Atletiek: _____
  • Motorracen: _____
  • Basketbal: _____
  • Racketball: _____
  • Squash: _____
  • Golf: _____

Hier zijn de antwoorden op de vorige quiz:

  • Amerikaans voetbal: punt, omlaag, kwart, half, erf
  • Europees voetbal: punt, meter, half
  • Tennis: punt, spel, set, wedstrijd
  • Schaak: bewegen, spel
  • Zwemmen: lengte, meter
  • Pingpong: punt, spel
  • Paardenracen: schoot, lengte
  • Ijshockey: punt, kwart, half, spel
  • Boksen: ronde
  • Volleybal: punt, spel
  • Atletiek: meter, tuin
  • Motorracen: ronde, mijlen, meters
  • Basketbal: punt, inning, uit
  • racketball: punt, spel
  • Squash: punt, spel
  • Golf: beroerte

De bovenstaande vraag kan worden beantwoord met 'veld' of 'veld', afhankelijk van of u het over Europees voetbal of Amerikaans voetbal hebt. Sport vindt plaats op / in allerlei verschillende gebieden.

Bepaal of de sport op / in de volgende gebieden wordt gespeeld. Sommige woorden worden meer dan eens gebruikt:

baan, ijsbaan, tafel, cursus, veld, ring, toonhoogte, bord, spoor, ring, veld, zwembad

  • Amerikaans voetbal: _____
  • Europees voetbal: _____
  • Tennis: _____
  • Schaken: _____
  • Zwemmen: _____
  • Pingpong: _____
  • Paardenracen: _____
  • Ijshockey: _____
  • Boksen: _____
  • Volleybal: _____
  • Atletiek: _____
  • Motorracen: _____
  • Cricket: _____
  • Basketbal: _____
  • Racketball: _____
  • Squash: _____
  • Schaatsen: _____
  • Golf: _____

Hier zijn de antwoorden op de vorige quiz:

  • Amerikaans voetbal: Veld
  • Europees voetbal: toonhoogte
  • Tennis: Rechtbank
  • Schaak: Bord
  • Zwemmen: zwembad
  • Pingpong: Tafel
  • Paardenracen: spoor
  • Ijshockey: Baan
  • Boksen: Ring
  • Volleybal: Rechtbank
  • Atletiek: spoor
  • Motorracen: spoor
  • cricket: toonhoogte
  • Basketbal: Veld
  • racketball: Rechtbank
  • Squash: Rechtbank
  • Schaatsen: Baan
  • Golf: Cursus

Nog twee sportieve woordenschatquizzen Blijf je sportwoordenschat verbeteren door deze twee quizzen te maken over correct werkwoordgebruik en sportuitrusting.