Bijvoeglijke naamwoorden in Italiaanse vorm en overeenkomst

Een bijvoeglijk naamwoord is een woord dat een zelfstandig naamwoord kwalificeert; bijvoorbeeld een mooi zo jongen. In het Italiaans stemt een bijvoeglijk naamwoord in geslacht en aantal overeen met het zelfstandig naamwoord dat het wijzigt. In het Italiaans zijn er twee groepen bijvoeglijke naamwoorden: die eindigen op -O en die eindigen op -e.

Bijvoeglijke naamwoorden die eindigen op -O in het mannelijk hebben vier vormen:

maschile Femminile
singolare -O -een
plurale -ik -e
il librO ItaliaansO la signoreen Italiaanseen
ik librik Italiaansik le signore Italiaanse
il primO giornO la menseen Universitarieen
ik primik giornik le mense Universitarie

Als een bijvoeglijk naamwoord eindigt op -io, de O wordt neergezet om het meervoud te vormen.

L'abito VecchiO (het oude pak)
gli abiti vecchik (de oude kleuren)
il ragazzo seriO (de serieuze jongens)
ik ragazzi serik (de serieuze jongens)

Uli è tedesco. (Uli is Duits.)
Adriana è italiana. (Adriana is Italiaans.)
Roberto e Daniele sono americani. (Robert en Daniel zijn Amerikaans.)
Svetlana e Natalia sono russe. (Svetlana en Natalia zijn Russisch.)

Bijvoeglijke naamwoorden die eindigen op -e zijn hetzelfde voor het mannelijke en het vrouwelijke enkelvoud. In het meervoud, de -e veranderd naar -ik.

il ragazzO inglese (de Engelse jongen)
la ragazzeen inglese (het Engelse meisje)
ik ragazzik inglesik (de Engelse jongens)
le ragazze inglesik (de Engelse meisjes)

Een bijvoeglijk naamwoord dat twee zelfstandige naamwoorden van verschillend geslacht wijzigt, is mannelijk.

i padri e le madre italiaansik (Italiaanse vaders en moeders)